Onderzoeksproject Building for well-being van start

Een aantrekkelijke woonomgeving creëren in een dichtbevolkte stad

14 mrt 2022 08:45

Hoe kunnen we met de aanpak van de woningbouwopgave ook het welzijn ofwel ‘well-being’ van stedelingen versterken? Deze vraag onderzoekt de Hogeschool van Amsterdam (HvA) met behulp van nieuwe technologieën in het consortium Building voor well-being. Het tweejarige actie-onderzoek, waaraan regieorgaan SIA een RAAK-mkb-subsidie heeft toegekend, levert inzichten op waarmee de bouwwereld tot evidence-based ontwerpoplossingen kan komen voor het creëren van een aantrekkelijke woonomgeving in een dichtbevolkte stad.

English version

De woningnood in Nederland, en vooral in de Randstad, is hoog. Het nieuwe kabinet heeft beloofd om 100 duizend woningen per jaar op te leveren. Dit brengt veelal met zich mee dat er nog meer gebouwd gaat binnen de stad. ‘Tegelijkertijd moeten gebouwen en wijken aan steeds meer eisen voldoen. Denk bijvoorbeeld aan de integratie van installaties voor duurzame warmte, het gebruik van circulaire materialen, en het plaatsen van oplaadpunten voor elektrische voertuigen; het budget heeft hiermee geen gelijke tred gehouden,’ zegt Frank Suurenbroek, lector Bouwtransformatie bij de HvA. ‘De kunst is bij dit alles oog te houden voor het welbevinden van mensen.’

Evidence-based inzichten

Bij de ontwikkeling van nieuwe wijken wordt al wel rekening gehouden met hoe mensen hun omgeving beleven. Maar dit gebeurt vooralsnog met weinig evidence-based kennis. ‘Met Building for well-being gaan we daar verandering in brengen,’ zegt Gideon Spanjar, als senior onderzoeker verbonden aan het lectoraat Bouwtransformatie van de HvA. ‘Geavanceerde biometrische technologie stelt ons nu in staat om evidence-based inzichten te genereren in welke factoren het meest bijdragen aan een hoogwaardige leefomgeving in een dichtbevolkte stad.’

Het consortium met achttien partners onderzoekt hoe mensen de stedelijke omgeving beleven, wat voor effect dit op hen heeft en hoe je hier in het ontwerptraject rekening mee kunt houden. In theorie kun je door te spelen met groen en materiaaltypes in de gevels bijvoorbeeld heel goed voorkomen dat mensen zich overweldigd voelen door hoogbouw. Maar hoe dit situationeel uitpakt voor de verschillende gebruikerstypen van de straatruimte is echter nog minder duidelijk.

Inrichting, groen en architectuur

’Mensen kiezen voor wandelroutes naar hun werk of het winkelcentrum die niet perse het kortst zijn. Niet alleen de inrichting van de straat en de aanwezigheid van groen, maar ook de architectuur van de gebouwen speelt hierbij een grote rol. Zeker in verdichte woonmilieus zijn er situaties die voor stress zorgen. Maar er zijn ook straten die hoog worden gewaardeerd door gebruikers en bijdragen aan het welbevinden van mensen,’ illustreert Spanjar.

Tot de partners in Building for well-being behoren ontwerpbureaus gespecialiseerd in architectuur, stedenbouw en landschapsinrichting en brancheorganisaties. Daarnaast is er een reflectiegroep bestaande uit ruimtelijk opdrachtgevers en vooraanstaande academici die mondiaal bezig zijn met neuroarchitectuur. Naast het lectoraat Bouwtransformatie is ook het lectoraat Responsible IT van de Faculteit Digitale Media en Creatieve Industrie van de HvA nauw bij het project betrokken.

Geavanceerde technologie

De metingen worden gedaan voor drie soorten gebruikers - bewoners, passanten en bezoekers - met geavanceerde technologie. ‘We gebruiken eye-trackers die registreren waar mensen naar kijken, en hoe lang,’ vertelt Suurenbroek. Dat gebeurt in een laboratoriumsituatie met een beeldscherm waarop we verschillende stedelijke situaties projecteren, buiten met een mobiele eye-tracker, en in een virtual reality-omgeving gecreëerd op basis van ontwerpplannen van architecten in het consortium.

‘We weten straks preciezer welke ontwerptoepassingen wanneer bijdragen aan de well-being van gebruikers, en waarom,’ zegt Suurenbroek enthousiast. Het onderzoek levert bovendien waardevolle kennis op over de inzet van deze technologie in het ontwerpproces. Dit vergroot ook de overtuigingskracht van ontwerpers voor de toepassing van innovatieve oplossingen door hun opdrachtgevers.

Dialoog stimuleren

Het consortium stimuleert nadrukkelijk de dialoog en reflectie in de praktijk van de ruimtelijke ontwikkeling. ‘We brengen partijen bij elkaar om kennis te delen en ervaringen uit te wisselen. ’Vanuit die gedachte gaan we als onderzoekers ook in gesprek met gemeentes over de criteria die gesteld worden aan gebiedsontwikkeling. ‘Die kunnen misschien zodanig aangescherpt worden dat er aandacht is voor zowel duurzaamheid als beleving,’ aldus Suurenbroek.

Suurenbroek en Spanjar hebben hoge verwachtingen van het project. ‘We krijgen vanuit de bouwwereld enthousiaste reacties op onze aanpak,’ zegt Suurenbroek. ‘Niet alleen vanwege de verbinding die we leggen tussen beleving en ontwerpoplossingen, maar ook omdat we de dialoog zoeken. Spanjar: ‘Een leefomgeving creëren die duurzaam krachtig en goed is, kan alleen als we samen het gesprek aangaan en vanuit verschillende disciplines de opgaven gezamenlijk vormgeven.’

Sensing Streetscapes

Building for Wellbeing bouwt voor op het project Sensing Streetscapes van het lectoraat Bouwtransformatie. Hierin werd de toepassing van nieuwe technologieën als artificial intelligence en eye-tracking bij het ontwerp van gebouwen en stedelijke gebieden succesvol verkend.

Lectoraat Bouwtransformatie

Het lectoraat Bouwtransformatie van de HvA doet praktijkonderzoek naar de ruimtelijke transformatieopgaven van onze steden en de innovaties die daar in onze tijd voor nodig en mogelijk zijn. Specifiek focust het onderzoek op de relatie fysiek-sociaal in de verdichting en bij de stedelijke vernieuwing. Onderzoeksprojecten zijn vraag gestuurd, inter- en transdisciplinair, meerjarig en altijd in samenwerking met praktijkpartners: de opdrachtgevers en opdrachtnemers in de ruimtelijke sector (gemeenten, ontwikkelaars, ontwerpbureaus en corporaties). Een vast onderdeel zijn co-creatiesessies en leersessies, zodat al gedurende de uitvoering de eerste lessen en handelingsperspectieven met de praktijk gedeeld worden. Daarnaast verzorgt het lectoraat regelmatig lezingen, moderaties en publicaties in de nationale en internationale professionele en academische podia en tijdschriften.