Positive energy districts (PED): zeven lessen voor succes
HvA host PED Conference over energiepositieve wijken
30 jun 2022 16:07Op 23 en 24 juni vond de PED Conference plaats op de Businesscampus van de Hogeschool van Amsterdam (HvA). De bijeenkomst stond volledig in het teken van PED’s, ofwel positive energy districts. Deze energiepositieve wijken produceren meer energie dan ze verbruiken, door een combinatie van energiebesparende maatregelen en lokaal opgewekte duurzame energie. De grootschalige toepassing van PED’s vormt een belangrijke stap in de energietransitie. Maar hoe komen we daar? Tijdens de PED Conference kwamen experts uit heel Europa samen om kennis te delen tijdens lezingen, workshops en excursies naar energiepositieve wijken in Amsterdam. Wij zetten zeven inzichten op een rij.
1. Wees positief en draag die mindset uit – Geleyn Meijer, rector HvA
In zijn welkomstwoord introduceert Geleyn Meijer de term Positive Energy People. ‘Het is belangrijk dat we een positieve mindset behouden en erop vertrouwen dat we met onze vaardigheden het verschil kunnen maken bij maatschappelijke vraagstukken als de energietransitie. Maar dat niet alleen – het is ook essentieel om die houding uit te dragen en de buitenwereld daarin mee te nemen, door te laten zien dat we aan oplossingen werken.’ Hoewel het behalen van de klimaatdoelen nog ver weg lijkt, ziet Meijer genoeg reden voor optimisme. ‘Door actuele ontwikkelingen als de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis en de stikstofdiscussie zien veel mensen in dat er actie nodig is. En als er eenmaal een kantelpunt is bereikt, kan verandering snel op gang komen.’
2. Combineer technologische innovaties – Renee Heller, lector Energie & Innovatie HvA
Bij de realisatie van PED’s is het cruciaal om technologische oplossingen te combineren, in plaats van te focussen op één vorm van technologie. Dat is een van de conclusies die Renee Heller tijdens haar presentatie aan de zaal meegeeft. ‘Het gaat bij PED's om een totaalconcept, flexibiliteit is heel belangrijk. Het waait immers niet elke dag en de zon schijnt niet altijd. We kunnen dus niet op elk moment over elke vorm van duurzame energie beschikken. Daarom is het, naast het combineren van verschillende technologieën, verstandig om duurzame energie op te slaan.’
Maar hoe maak je een keuze uit alle technologische oplossingen voor PED's? Met een handig schema laat Heller zien welke maatregelen je kunt nemen binnen een gebouw, op het gebied van mobiliteit, en hoe je duurzame energie kunt opwekken, opslaan en uitwisselen. Het schema laat zien in welk stadium van ontwikkeling een innovatie is en toont de effectiviteit van elke oplossing. Zo zijn isolatie en zonnepanelen ver gevorderde technologieën én zijn ze zeer effectief. Hoewel deze en andere technologische innovaties volgens Heller hard nodig zijn voor de opschaling van PED’s, noemt ze een andere factor die minstens zo belangrijk is: een interdisciplinaire aanpak. Dat brengt ons bij het volgende advies.
3. Overtuig publieke en private partijen van je missie – Peter Rathje, CEO van ProjectZero
Het doel van ProjectZero is om de Deense gemeente Sønderborg in 2029 tot CO2-neutrale stad te transformeren. Peter Rathje deelt de inzichten die hij de afgelopen jaren heeft opgedaan met de aanwezigen. Daarbij blijft één les steeds terugkeren: zorg dat je alle betrokken partijen meeneemt in je plannen en creëer een publiek-private samenwerking. ‘Als je bedrijven aan boord krijgt, wordt het veel eenvoudiger om je doelen te halen’, geeft Rathje aan. Zo werkt ProjectZero samen met Danfoss, een Deense multinational. ‘Maar ook de steun van de gemeente is essentieel als je in een heel gebied veranderingen wil doorvoeren.’
Het klinkt als een logisch advies. De vraag is: hoe overtuig je alle partijen van je plannen? ‘Laat zien wat er voor de betrokkenen in zit’, adviseert Rathje. ‘Maak klimaat niet het enige hoofdthema, maar stel ook andere speerpunten vast. Natuurlijk draait het bij ProjectZero om het behalen van klimaatdoelen, maar het gaat ook om het creëren van banen. Samen hielpen deze twee doelen om bedrijven en de gemeente aan boord te krijgen.’
4. Betrek bewoners bij de energietransitie - Stan Majoor, lector Coördinatie Grootstedelijke Vraagstukken HvA
Naast de gemeente, bedrijven en andere partijen zijn ook bewoners onmisbaar om de energietransitie te laten slagen. Hun belevingswereld staat centraal tijdens een van de excursies van de PED Conference, waarbij deelnemers Amsterdam-Zuidoost bezoeken. Daar vertelt Stan Majoor over het onderzoek JUST PREPARE . Dit project zet zich in voor een effectieve en rechtvaardige energietransitie in kansarme wijken. Vaak is in deze buurten sprake van een mismatch tussen de renovatie van slecht geïsoleerde huizen en de energiepraktijken van bewoners. Ook is er een kloof tussen de bewoners en de actoren die de energietransitie moeten uitvoeren. JUST PREPARE wil hierin verandering brengen, door bewoners van kansarme wijken te betrekken bij de energietransitie en hen ervan te laten profiteren.
5. Durf te struikelen – Frans Verspeek, Projectcoördinator ATELIER vanuit Gemeente Amsterdam
Op de Routekaart Amsterdam Klimaatneutraal, die in 2020 werd gepubliceerd, geeft de gemeente aan dat ze de CO2-uitstoot met 55% wil terugdringen in 2030, en tot 95% in 2050. ‘De huidige coalitie heeft de ambitie zelfs verhoogd’, vertelt Frans Verspeek in zijn presentatie. Namens de gemeente Amsterdam coördineert hij ATELIER , een project waarin dertig steden, kennisinstellingen en bedrijven uit elf landen samen werken aan energiepositieve wijken. Een van die wijken is Republica in Amsterdam-Noord .
Amsterdam staat dus zeker niet stil als het gaat om de energietransitie. Toch wordt het volgens de laatste klimaatrapportage lastig om in het Amsterdam van 2030 een CO2-reductie van 55% te behalen. ‘We moeten anders denken en gaan versnellen’, zegt Verspeek. ‘Hoe? Daarvoor verwijs ik graag naar het essay ‘Vooruit, struikelen!’ van onderzoeksinstituut DRIFT over het klimaatbeleid van Amsterdam. De titel geeft precies aan wat er nodig is: we moeten radicalere wijzigingen doorvoeren, zelfs al zullen die niet altijd het gewenste resultaat opleveren. Af en toe struikelen hoort erbij.’
6. Houd vol – Drijvende, duurzame wijk Schoonschip, Amsterdam-Noord
Een van de excursies tijdens de PED Conference gaat naar Schoonschip: een duurzame wijk op het water, ontwikkeld door de bewoners. De woonarken zijn gebouwd met duurzame materialen, gebruiken geen aardgas en worden verwarmd door zonneboilers en warmtepompen die warmte onttrekken aan het water. Energie komt van zonnepanelen op de groene daken en elke woning heeft een batterij om tijdelijke energieoverschotten op te slaan. Bovendien zijn alle woningen aangesloten op een smart grid, zodat ze onderling elektriciteit kunnen uitwisselen. Uit dit project zijn talloze lessen te trekken, maar we lichten er hier één uit: houd vol! De bewoners van Schoonschip weten als geen ander hoe belangrijk dat is. Ze werkten maar liefst tien jaar aan het realiseren van hun droom en moesten vele hordes nemen voor ze hun woningen in 2020 konden betrekken. Inmiddels zetten ze hun kennis in om anderen te helpen en werken ze samen met bedrijven en overheden.
7. Deel je kennis met gelijkgestemden – Marije Poel, Programmamanager Centre of Expertise Urban Governance & Social Innovation HvA
Voor een grootschalige toepassing van PED’s is samenwerking essentieel. Om het uitwisselen van kennis en best practices te bevorderen, is er vanuit het onderzoeksproject ATELIER een online platform gelanceerd. In deze Learning Community is onder meer een Massive Open Online Course (MOOC) over het opstarten van een PED te vinden. ‘Leren is een continu proces’, zegt Marije Poel. ‘In ATELIER, maar ook in andere PED-projecten, werd al zoveel geleerd dat we besloten een platform te maken dat samen leren ondersteunt. En een eerste cursus aan te bieden die reflecteert op de mogelijke en theoretische rol van de PED’s in de bredere energietransitie. Daarnaast biedt de training praktische handvatten om een PED te ontwikkelen.’
Organisatie PED Conference
De PED Conference werd gehost door de Hogeschool van Amsterdam en werd gezamenlijk georganiseerd door stedelijke onderzoeksorganisatie Platform31, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en het COST Action Positive Energy Districts European Network.