Logo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpaginaLogo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpagina
Nieuws

Vergrijzing vraagt om slimme zorg

Onze samenleving vergrijst rap. Dat gaat de gezondheidszorg hard raken. HvA onderzoekt de zorg van de toekomst in het Sensorlab, de Intelligente Zorgomgeving, de Leven Lang Thuisflats en met AI als verzorgende.

Nederland en Amsterdam vergrijzen - en niet zo’n beetje. Het aantal 80-plussers verdubbelt de komende twintig jaar, verwacht het CBS. In 2045 zijn er landelijk 1,8 miljoen 80-plussers.

Dat lijkt misschien nog ver weg, maar 2028 wordt al een belangrijk kanteljaar. Jesse Aarden, lab lead Smart Health & Vitality van de Faculteit Gezondheid, Sport en Bewegen licht toe: ‘In 2028 bereiken grote aantallen verpleegkundigen in de ouderenzorg de pensioengerechtigde leeftijd en stromen ze uit de zorg. Vergelijkbare uitstroom geldt voor andere zorgprofessionals zoals fysiotherapeuten en huisartsen.’

Grote druk op het zorgstelsel

Meer ouderen, minder zorgverleners - dat zal zorgen voor grote druk op ons zorgstelsel. Op dit moment werkt al één op de zeven mensen in de zorg. Willen we de vergrijzing aankunnen, dan moet dat één op de vier worden. Dat is zo goed als onmogelijk; de opleidingen kunnen nooit zo veel studenten opleiden tot zorgprofessional. Aarden: ‘Als we zo doorgaan, kunnen we niet genoeg zorg leveren straks.’

Bovendien is er sprake van een dubbele vergrijzing: niet alleen het aandeel ouderen neemt toe; ze bereiken ook een hogere leeftijd. Hierdoor hebben steeds meer ouderen een chronische aandoening zoals artrose, rugklachten of diabetes. Of ze hebben meerdere aandoeningen tegelijk - wat de zorg compliceert. Het aantal mensen met dementie is in 2040 verdubbeld.

We moeten de zorg op een andere, creatieve manier organiseren.

Jesse Aarden

lab lead Smart Health & Vitality

Lees meer

Kwaliteit van leven voor ouderen

Daarbij hebben de ouderen niet alleen behoefte aan medische zorg, maar ook aan welzijn. Hoe kunnen ze een goede kwaliteit van leven behouden ondanks ziekte en beperkingen als vergeetachtigheid, incontinentie en eenzaamheid? Mantelzorgers zijn al overbelast.

‘Hoe zorg je voor een verantwoorde inzet van AI in de zorg?’

Technologie kan ons daarbij helpen. ’Vanuit het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) wordt nu gezegd: “Eerst digitale zorg, tenzij…”,’ vertelt Jesse Aarden. ‘Voortaan wordt gekeken: wat kan je zelf en wat kunnen we met digitale zorg oplossen? Soms betekent dat dat je alleen digitale zorg krijgt. Dat is echt een ommekeer in het beleid.’

Aarden onderzoekt welke mogelijkheden AI biedt voor de zorg in de thuissituatie. Maar ook: hoe zorg je dat dit op een menselijke en verantwoorde manier gebeurt? Aarden: ‘Hoe je dat doet? Door de behoeften van de oudere als startpunt te nemen - niet de techniek. Wat heeft de oudere nodig om langer zelfstandig te wonen?’

Preventief monitoren met AI

De gezondheidssituatie van ouderen verslechtert bijvoorbeeld door de gevolgen van een valpartij. Aarden: ‘Je kunt een smartphone filmpje maken - powered by AI - dat het looppatroon van je moeder analyseert op valrisico. Er moet nog wel onderzoek gedaan worden, hoor, om dit goed te testen. Maar als dit werkt, kun je bijvoorbeeld een valpreventietraining aanbieden om haar zelfstandigheid te bevorderen.’

Iets anders wat je met AI kunt voorkomen is dat de gezondheidssituatie van een oudere ongemerkt verslechtert. Als je aan de hand van sensoren in huis waarneemt dat een oudere in een aantal dagen tijd steeds minder beweegt, kan dit een signaal zijn.

Aarden is betrokken bij het ontwikkelen van spraakgestuurde technologie op basis van medische language models om het gesprek met de oudere aan te gaan. 'Als een digitale assistent (bijvoorbeeld geïntegreerd in een tablet) vraagt: ‘heb je lekker geslapen of hoe voel je je?’, kun je veel inzichten krijgen. Vooral als de assistent een natuurlijk gesprek kan voeren; goed luistert en empathisch reageert.’

Zorgmedewerkers gaan meer monitoren

Aarden: ‘Wat wel duidelijk is: we leiden onze toekomstige zorgprofessionals op voor een andere zorg dan in het verleden. Zo leren onze studenten om straks een dashboard met informatie te interpreteren.’

Sensoren en AI doen de waarnemingen, de zorgmedewerkers interpreteren al die verschillende data en als ze de juiste preventieve maatregelen nemen, hebben de ouderen pas later zorg nodig. Maar er zijn aspecten die het lastig maken. ‘Met het verzamelen van data om leefpatronen te analyseren krijg je ook inzicht in het leven van de oudere, zoals wanneer de oudere thuis is of bezoek krijgt. Daar moet je verantwoordelijk mee omgaan.’

Werkbare formule voor slimme zorg

Daarnaast hebben veel bedrijven AI-applicaties ontwikkeld - allemaal verschillende systemen. Aarden: ‘Er moet een basisinfrastructuur komen waar je dit op kan aansluiten. Kun je een huis bouwen dat AI gedreven is?

Binnen onze leeralliantie HealthTech@Home onderzoeken we met ROC van Amsterdam, Hogeschool van Amsterdam en Amsterdam UMC wat ouderen nodig hebben om ‘samenredzaam’ te zijn. Wij geloven in een formule van zelfstandigheid binnen een community, ondersteund door verantwoorde zorgtechnologie en AI. Kunnen we een werkbare formule vinden?’

Privacy-verstandig door de juiste metingen

‘Het liefst ontwikkelen we een sensor die alleen datgene meet wat echt noodzakelijk is. Zodat we niet teveel persoonlijke data van een oudere kunnen opslaan en doorsluizen,’ zegt Martin Stolk, lab lead van het Sensorlab, aan de Faculteit Techniek. 

‘Dat is niet altijd mogelijk. Dus vaak kiezen we voor een combinatie van verschillende metingen.’ Voor het voorspellen van een val van een oudere kun je veel indicatoren gebruiken, vertelt Stolk. Zoals veranderingen in stapfrequentie, transpiratie, geluidstrillingen, hartslag, bloeddruk – eventueel aangevuld met beeldanalyse. ‘Door meerdere soorten observaties te combineren, krijg je ook meer inzicht in de context van de oudere en kun je betere adviezen geven.’

Maar je wilt natuurlijk niet dat opgenomen trillingsdata achteraf omgezet wordt naar verstaanbare geluidsopnames of dat beelden onbedoeld in verkeerde handen belanden. Bij voorkeur verstuur je die dus niet. Gelukkig kun je tegenwoordig al zeer geavanceerde analyses doen bij de gebruiker thuis en de data pas vrijgeven als daar ècht aanleiding toe is. Dat zie ik als de missie van het Sensorlab: het samenbrengen van techniek en mens in veilige, slim ontworpen oplossingen.’

‘De Intelligente Zorgomgeving speelt in op de behoefte van de oudere’

Zo’n AI gedreven huis, dat is wel zo’n beetje waar ze mee bezig zijn bij het project ‘Wie zorgt?’ aan de Faculteit Digitale Media en Creatieve Industrie. Daar werken ze mee aan een zogeheten Intelligente Zorgomgeving, die professionals in de dementiezorg ondersteunt.

Eten en drinken is voor veel ouderen én zorgprofessionals een hoofdpijndossier. De oudere krijgt steeds minder trek en vergeet te eten. Hierdoor gaat hij of zij hard achteruit. Maar de zorgprofessional heeft te weinig tijd om hier bij iedereen achteraan te zitten. Zo kunnen ouderen uitdrogen.

'Technologie kan van alles, maar wat heeft meerwaarde? Eten en drinken, vonden wij,’ vertelt Somaya Ben Allouch, lector Digital Life. De Intelligente Zorgomgeving bestaat uit sensoren en AI die je kunt aanbrengen in een woning en die inspeelt op de specifieke behoeften van een oudere. Het doet dit op een gepersonaliseerde manier en geeft meer ondersteuning naarmate de oudere achteruit gaat.

Je kan mensen niet dwingen, maar wel op een empathische manier ondersteunen. Geen one size fits all, maar naar behoefte.

Somaya Ben Allouch

lector Digital Life

Lees meer

De oudere wordt aangemoedigd om te eten

Op het moment dat een oudere nog zelfstandig uit bed kan komen, gaan op het gekozen tijdstip de lampen aan. Even later wordt op de muur het favoriete ontbijtje geprojecteerd: een bord havermout of een broodje kip. Zo wordt de oudere aangemoedigd om te eten.

Als de sensors waarnemen dat de bewoner niet naar de keuken gaat, gaat er een tweede signaal af. Dat kan een stem zijn die zegt: ‘Wilt u niet eten, mevrouw Jansen?’ Of een geur (bijvoorbeeld kaneel of vanille) of een muziekje. Als die persoon dan nog niet naar de keuken gaat en vervolgens meer maaltijden overslaat, komt een zorgprofessional of een familielid checken.

Ben Allouch: ‘Je kan mensen niet dwingen, maar wel op een empathische manier ondersteunen. Geen one size fits all, maar naar behoefte en contextgevoelig. Niet iedereen wil drie maaltijden per dag. En als je naar het ziekenhuis moet en niet mag eten die dag, moedigt het systeem dit ook niet aan.’ De stimulering is telkens van korte duur, anders raakt de oudere overprikkeld.

Technologie die de verschillen niet groter maakt

In de coronatijd kon 40 procent van de Amsterdammers geen afspraak maken voor een vaccinatie met DIGID,’ weet Jesse Aarden. ‘Als je niet uitkijkt, vergroot technologie bestaande ongelijkheid.’

Jesse Aarden en Somaya Ben Allouch zijn beiden betrokken bij het ELSA Lab, waarin o.a. de Universiteit van Amsterdam (UvA), Hogeschool van Amsterdam (HvA) en Amsterdam UMC onderzoeken hoe AI eerlijk en inclusief kan worden ontwikkeld.

Aarden: ‘Veel data in AI zijn gebaseerd op onderzoek onder witte mannen en veel minder onder vrouwen of mensen van kleur. Voor deze groepen mensen heeft AI het dan vaker mis.’ Ben Allouch vult aan: ‘We willen technologie die verschillen niet groter maakt. Bij de dataverzameling moeten we meer ons best doen om data te krijgen van bijvoorbeeld migrantengroepen en deze invoeren in AI.

Deze groepen zijn hier niet altijd toe bereid - en soms wantrouwend ten opzichte van de overheid of zorg. Het is belangrijk dat we deze Amsterdammers goed duidelijk kunnen maken what’s in it for you.’

In de Lang Leven Thuisflats werken professionals en bewoners samen zodat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen.'

Het thema vergrijzing is in Amsterdam verknoopt met een ander probleem: de woningmarkt. Door de schaarste aan betaalbare woningen, kunnen ouderen niet doorstromen naar een geschikte woning. Zij blijven 3-hoog achter zitten of juist in een groot oud huis - wat niet handig is - en hun woningen komen ook niet beschikbaar voor jongere Amsterdammers. Met het oog op de druk op de zorg door de vergrijzing én de gespannen woningmarkt besloten woningcorporaties, zorg- en welzijnspartijen samen te werken aan Lang Leven Thuisflats.

Saskia Welschen, senior onderzoeker Stedelijk Sociaal Werk bij de Faculteit Maatschappij en Recht, en haar collega-onderzoekers (o.a. van lectoraat Ergotherapie - Participatie en het Ben Sajetcentrum) onderzoeken vier van deze Lang Leven Thuisflats in Oost en Nieuw-West. In deze wooncomplexen werken professionals én bewoners samen zodat de ouderen er zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen. Het streven is dat er straks maar één thuiszorgorganisatie werkzaam is in het complex, zodat bewoners en zorgverleners elkaar beter leren kennen. Daarnaast wordt er gewerkt aan community building tussen de bewoners.

Welke condities zijn het beste om samen oud te worden?

Welschen: ’Wij volgen deze vier complexen aan de hand van interviews met bewoners en professionals en door met ze mee te lopen. We stellen vragen als: wat is de rol van verschillende professionals? Hoe ervaren bewoners het leven daar? Welke condities zijn het beste om samen oud te worden? Wat zijn de vitale bewoners bereid te doen voor de minder vitale bewoners?’

Daarnaast hebben Welschen en collega’s met de bewoners en de professionals een leergemeenschap opgezet tussen de verschillende Lang Leven Thuisflats. Het onderzoekstraject per wooncomplex duurt twee jaar en de leergemeenschap komt vijf keer bij elkaar.

‘We hebben goede gesprekken met elkaar. In de leergemeenschap is ruimte om stil te staan bij de zoektocht en de uitdagingen die het ontwikkelen van een Lang Leven Thuisflat met zich meebrengt. We stimuleren dat professionals stadsbreed van elkaar leren, door professionals van de verschillende Thuisflats bij elkaar te brengen. Belangrijker nog: ook de bewoners zijn onderdeel van de leergemeenschap. Ook voor de HvA is dit een mooi proces.’ 

We stimuleren dat professionals stadsbreed van elkaar leren, door professionals van de verschillende Thuisflats bij elkaar te brengen.

Saskia Welschen

senior onderzoeker Stedelijk Sociaal Werk

Lees meer

Hartslagmeters, wearables en slimme pleisters voor slimme zorg

Ouderen langer gezond en zelfstandig te houden. Daaraan werken ze ook in het Sensorlab van de HvA, doordat studenten en onderzoekers o.a. sensoren ontwikkelen die daarvoor nodig zijn.

‘Sensorlab is een onderwijs- en onderzoeksomgeving waar we samenwerken met veel praktijkpartners,’ vertelt Martin Stolk, lab lead Sensorlab aan de Faculteit Techniek. Het lab doet een aantal dingen: het ontwikkelen, prototypen en testen van nieuwe sensoren en ontwerpen van software en elektronische schakelingen voor het systeem rondom zo’n sensor. Een sensor meet bijvoorbeeld een hartslag of een bloedsuikergehalte en zet dit met behulp van een schakeling en speciale software om van een fysische waarneming naar een signaal dat iets betekent, zoals ‘hoge hartslag’ of ‘lage suikerspiegel’.

Studenten leren sensors en schakelingen ontwikkelen

In het Sensorlab ontwikkelen studenten bijvoorbeeld een eigen sensorschakeling en de onderdelen daarvoor. Hoe dat er uitziet? Stolk: ‘Het begint met wensen en eisen, die vormen de specificaties van het ontwerp. Daarna volgen ontwerpdocumenten met onderzoek, berekeningen en technische schema’s. Uiteindelijk eindigt het met chipjes op printplaten; het lijkt op wat je ziet wanneer je je telefoon openmaakt.’

Stolk: ‘De strategie die we ze hiervoor aanleren: stapsgewijs ontwikkelen. Als je datgene wat je wilt meten tot kleine vraagstukjes terugbrengt, kom je stap voor stap tot de oplossing.’ Door de samenwerking tussen opleidingen zoals Engineering, Biomedische Technologie en Technische Natuurkunde en onze praktijkpartners zoals bedrijven en academische ziekenhuizen, komt in het Sensorlab veel kennis samen.

De privacy van de oudere bescherm je door vóóraf keuzes te maken in wát je meet, waar je deze data analyseert en wat je hiervan doorstuurt.’

Martin Stolk

lab lead bij het Sensorlab

Lees meer

Zo werken studenten bijvoorbeeld mee aan een wearable als health-hub, een draagbare gezondheidsmonitor. Die kan onder andere bijhouden hoe het gedrag van ouderen verandert, helpen bij revalidatie-oefeningen of voorkomen dat dementiepatiënten ’s nachts weglopen. Ook kun je er allerlei eigen sensoren aan koppelen. Zo ontwikkelen studenten in een project eigen hartslagmeters. Hartfalen wordt door de vergrijzing steeds frequenter. Stolk: ‘Deze hartslagmeters werken steeds preciezer, worden compacter en kunnen meer dan de hartslag meten, namelijk ook de kwaliteit van het hart. Hoe gaat het met de boezems?’

Slimme diabeteszorg van Sensorlab

Eerder ontwikkelden studenten in het Sensorlab verschillende sensoren die patiënten met diabetes (diabetes type 2 is een typische ouderdomsziekte) helpen. Zo ontwikkelden ze een kleine weegschaal (broekzakformaat) met een app waarmee je onderweg kunt meten hoeveel koolhydraten er in je banaan of boterham zit.

Daarnaast ontwikkelden ze een pleister om bloedglucose te meten zonder te prikken. In de pleister zit een minuscuul printplaatje waarmee je een elektromagnetisch veldje opwekt. Daardoor weet je hoeveel glucose er in je bloed zit.

Een creatieve blik op de zorg voor ouderen

Het is duidelijk: we moeten de zorg op een andere, creatieve manier organiseren. Met een formule van zelfstandigheid, samenwerkende zorgverleners, een beetje community en ondersteuning door sensoren, vinden we wellicht een werkbare formule. Daarbij wordt de zorg als beroep analytischer. Jesse Aarden: ‘Dat is niet wat iedereen wil. Veel studenten kiezen voor de zorg vanwege het menselijk contact. Dat is te begrijpen, maar we hebben een grote uitdaging en niet veel tijd meer.’