Logo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpaginaLogo Hogeschool van Amsterdam – link naar startpagina

Jaar 2, 3 en 4

In jaar 2 van Oefentherapie: leerroute IPZ start je weer met een introductie van 2 weken. Ook in dit studiejaar ga je in teamverband aan de slag met vraagstukken uit de praktijk. Na 1,5 jaar kies je in overleg met je leercoach of je definitief doorgaat met Oefentherapie: leerroute IPZ of switcht naar Fysiotherapie: leerroute IPZ of Ergotherapie: leerroute IPZ.

Jaar 2: aan de slag met praktijkvraagstukken en stage

In het tweede semester van jaar 2 start je met je stage en werk je aan een vraagstuk dat past bij het door jouw gekozen beroep. Gekozen voor Oefentherapie? Dan ga je aan de slag met een vraagstuk gericht op het bewust worden en veranderen van beweeggedrag van cliënten in het dagelijkse leven. Denk aan cliënten met nek- en schouderklachten door langdurig zittend werk, slaapproblemen bij jongeren of ouderen die (thuis) revalideren. Elk vraagstuk focust op een specifieke situatie, zoals een woonwijk met eigen kenmerken.

Tijdens de opleiding Oefentherapie: leerroute IPZ maak je op je stageplek kennis met cliëntenzorg. Je leert over diverse gezondheid belastende thema’s en ziekten zoals Neurologie, Orthopedie, Pathologie, Psychologie. Ook leer je hoe je omgaat met verschillende doelgroepen zoals zwangere vrouwen, kinderen en ouderen.

Jaar 3 en 4: stage en minor

Het derde jaar van de opleiding staat in het teken van het voorbereiden op de beroepspraktijk. Je doet een minor en volgt een stage van 20 weken. Vanaf jaar 3 focus je je nog meer op het beroep van oefentherapeut. Dit doe je door het kiezen van een richting in de beroepspraktijk.

Richtingen

  • Werk, Presteren en Sport Oefentherapie                
  • Kind en Jongere Oefentherapie
  • Chronische Pijn en Psychosomatische Oefentherapie
  • Geriatrie en Revalidatie Oefentherapie 
  • Zwangerschap en Bekken Oefentherapie           
  • Vrije richting Oefentherapie            

Je keuze voor een richting in de beroepspraktijk helpt bij kiezen van een minor, je stages en de opdracht voor je afstudeeronderzoek. Al tijdens de opleiding start je met het opbouwen van een netwerk. Dit geeft je een goede startpositie op de arbeidsmarkt. 

Minor

Een minor is een keuzeprogramma van 30 studiepunten en duurt een half jaar. Hiermee verbreed of verdiep je je kennis. Je kunt een minor binnen of buiten de HvA volgen. Kies bijvoorbeeld de minor Global Health(opent in nieuw venster) of de minor  Zorgtechnologie(opent in nieuw venster). Wil je na het behalen van je diploma  verder studeren? Dat kan. De minor Voorbereiding Master Human Movement Sciences en de minor Voorbereiding Master Health Sciences bereiden je voor op de gelijknamige universitaire masters aan de VU.

Stage

Tijdens jaar 3 en 4 loop verdiep je je verder in de beroepspraktijk van de oefentherapeut. Hiervoor ga je in beide jaren een keer op stage. Je kunt op verschillende plekken stage lopen, bij voorkeur in de wijk waar verschillende zorgprofessionals veel samenwerken. Denk aan een gezondheidspraktijk, zorgcentrum, maar ook aan een ziekenhuis, verpleeghuis, leer-werkpraktijk of revalidatiecentrum. Je kunt gebruik maken van de stageplekken die de opleiding aanbiedt of zelf een stageplek regelen.

Wat is belangrijk voor jouw stageplek?

  • Je werkt tijdens je stage interprofessioneel samen met andere zorgprofessionals voor het bieden van optimale zorg en begeleiding aan cliënten.
  • De stageorganisatie heeft aandacht voor de inzet van zorgtechnologie.  
  • Vanuit jouw rol heb je regelmatig contact met andere professionals uit de wijk voor het bespreken van de samenwerking bij specifieke doelgroepen.

Stage in het buitenland

De stage in jaar 3 doe je in Nederland. Voor de stage in jaar 4 mag je ook naar het buitenland. De HvA heeft een uitgebreid internationaal netwerk waar je gebruik van kunt maken. Wel zitten daar een aantal voorwaarden aan. Je kunt bijvoorbeeld alleen stage lopen op een plek waar jouw stagebegeleider beschikt over een Nederlands diploma Oefentherapie of een daaraan gelijkwaardig diploma (door de opleiding getoetst). Heb je interesse in een internationale stage? Dan raden we je aan om al in jaar 1 te starten met het oriënteren op de mogelijkheden.

Jaar 4: stage en afstudeeronderzoek

Het vierde jaar van de opleiding staat in het teken van het voorbereiden op de beroepspraktijk. Je volgt een stage van 20 weken. Je sluit de opleiding af met een afstudeeronderzoek dat bijdraagt het de professionaliseren van de beroepspraktijk.

Je loopt stage of doet onderzoek bij een instelling die wonen en zorg biedt aan ouderen. Dit soort instellingen richten zich ook op de wijken er omheen. Je werkt bijvoorbeeld als revalidatietherapeut met mensen die herstellen van een operatie. Of als geriatrietherapeut met mensen die zorg nodig hebben en waarvan geen herstel meer wordt verwacht. In dat geval help je deze mensen bij het voorkomen van verder verlies van zelfredzaamheid of aan gezonde leefstijlbegeleiding die een bijdrage levert aan de kwaliteit van leven. Deze vorm van therapeutische zorg wordt steeds meer aan huis gegeven. Daarom werk je in een multidisciplinair wijkteam en maak je gebruik van zorgtechnologie.

Een onderzoeksproject doe je in de praktijk waar de innovatie ontwikkeld en ook getest wordt. Denk aan onderzoek naar het verminderen van de kans op vallen door het gebruik van sensoren en aanbieden van valtrainingen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd bij mensen met verschillende aandoeningen en klachten zodat therapie rondom valpreventie effectiever wordt.

Haal meer uit je opleiding