Centre of Expertise Urban Education

Het is maar een spelletje!

9 feb 2023 14:22 | Urban Education

Leerlingen met praktisch opgeleide ouders krijgen vaker een te laag schooladvies dan kinderen met theoretisch opgeleide ouders. Maar sinds kort bestaat er een spel dat docenten bewust maakt van hun blinde vlekken over kansenongelijkheid. Ze ervaren hoe kansenongelijkheid voelt door IQ110 te spelen, een ‘bijzonder oneerlijk gezelschapsspel. ‘Ik realiseer me voor het eerst dat ik als docent iets kan betekenen voor leerlingen die met ongelijkheid te maken hebben.’

Eerst maar even die naam: IQ 110?

Dymphna Snijders Blok, een van de bedenkers van het spel: "110 is het IQ-getal waarmee een kind in Nederland zowel op het vwo als op het vmbo kan belanden."

Dat is nogal een verschil, toch?

“Ja, zeker. In de vier grootste steden van Nederland kreeg ruim een kwart van de basisschoolleerlingen de afgelopen jaren een te hoog middelbare-schooladvies t.o.v. de CITO-score. Bij 12 procent was dat advies te laag. Uit onderzoek blijkt dat leerlingen met praktisch opgeleide ouders vaker een te laag schooladvies krijgen dan kinderen met theoretisch opgeleide ouders.”

Is dat erg?

“Over een te laag advies moet je niet licht denken; dat blijft je hele loopbaan van invloed. Kinderen die met een achterstand aan school beginnen, hebben een heel lange weg te gaan om ‘bij te komen’. Aan onderwijs- en opvoedprofessionals de taak om deze kinderen extra te helpen.”

Hoe kunnen ze dat doen?

“Het is belangrijk dat een docent zich realiseert dat er behalve maatschappelijke, vaak ook persoonlijke mechanismen spelen. Het helpt als je in het spel écht hebt gevoeld en ervaren hoe onrechtvaardig de wereld soms in elkaar zit. Als je inziet wat er gebeurt, kun je het vanaf dat moment anders doen.”

Mooi voor al die onderwijs- en opvoedprofessionals

“Zeker. Maar ook kinderen uit groep 8, artsen, ambtenaren en politieagenten worden zich door het spelen van het spel bewuster van de vraag: wat kan ik doen? We werken nu aan een uitvoering van het spel die minder op onderwijs is gericht. En aan een Engelse vertaling. Een Britse docent is zo enthousiast dat hij er zelf al aan is begonnen.”

Hoe kun je in een spelletje iets als kansenongelijkheid voelen?

“Iedereen speelt een personage. Dat personage maakt dingen mee. Je wordt bijvoorbeeld in de supermarkt betrapt met een onbetaalde zak M&M’s. Wat gebeurt er dan? Wordt de politie erbij gehaald en moet je mee naar het bureau? Worden je ouders gebeld en krijg je een maand geen zakgeld? Of spreekt de supermarktmanager je toe en loopt het af met een sisser? Ander voorbeeld: je wilt een stageplek. Na vier afwijzingen ga je ten einde raad maar naar een saai bedrijf in de buurt. Of je school vindt een prima bedrijf voor je. Of je krijgt een geweldige stageplek door het netwerk van je ouders. Door het spel ervaar je dat kansenongelijkheid een repeterend mechanisme is: het gebeurt je keer op keer op keer. Ook spelers die een geprivilegieerd personage spelen, worden er niet goed van. ‘O ja, en dan lukt dat natuurlijk óók gewoon weer!’”

Hoe kwamen jullie op het idee voor dit spel?

“We deden de master Professioneel Meesterschap, bedoeld voor leraren en leidinggevenden die zich willen verdiepen in actuele onderwijskundige theorieën en die een voortrekkersrol willen spelen bij onderwijsvernieuwing. Louise Elffers gaf college over kansenongelijkheid. Zij had het over de vraag in hoeverre leerkrachten en andere opvoedprofessionals zich echt kunnen inleven in die leerling die continue opbokst tegen onzichtbare krachten die die leerling op achterstand zetten. We dachten: we willen iets maken waardoor je dat écht voelt en ervaart.”

En: werkt het?

“Het Centre of Expertise Urban Education ondersteunt onderzoek naar het effect van het spel. Spelers noemen het spel toegankelijk, interessant en leerzaam. Het biedt op een plezierige en laagdrempelige manier inzicht in kansenongelijkheid, diversiteit en inclusie. Een docent zei: ‘Ik realiseer me voor het eerst dat ik als docent iets kan betekenen voor leerlingen die met ongelijkheid te maken hebben.’ En: ‘Tijdens het spel vóelde ik die ongelijkheid ook echt!’ Dat is geweldig.”

Dymphna Snijders Blok werkt bij de Hogeschool van Amsterdam als docent en begeleider van student-ondernemers. Zij vindt dat docenten de taak hebben studenten zelfvertrouwen, duwtjes in de rug en de connecties te geven om een plek in de maatschappij te vinden die hen goed past. Dymphna heeft altijd een passie gehad voor spelletjes. Zowel voor zelf spelen als zelf bedenken

Review

Diana Boekestein, docent pedagogiek op de HvA

“Goede gesprekken. Dat levert het spel IQ 110 op. Discussie over kansenongelijkheid, herkenning, gedachten over waar je zelf vandaan komt en hoe het dus zat met jouw eigen kansen, en over welke invloed je als onderwijs- of opvoedprofessional hebt in het leven van een kind.

Ik heb IQ 110 gespeeld met derdejaars pedagogiekstudenten, met derdejaars die het vak Sociale Inclusie volgen en met deeltijdstudenten die al werken als ouder-kindbegeleider of intern begeleider.

Wat me opviel is dat die laatste groep, meestal mensen tussen de 25 en 40 jaar, al bij de eerste ronde begonnen met reflecteren: ‘Hee, deze situatie herken ik’, ‘Goh, zo’n kind heb ik ook bij mij in de klas zitten’. De jongerejaars moest ik af en toe uitleggen dat het in dit spel niet gaat om winnen maar om te zien waar je als onderwijs- of opvoedprofessional het verschil kunt maken. Ik vind dat heel erg zinvol. Iemand zei: ‘Ik voelde me steeds kleiner worden in het spel.’ Ik zeg dan: je kunt kansenongelijkheid in je eentje niet opheffen, maar als docent kun je wel degelijk het verschil maken.”