Centre of Expertise Urban Vitality

Kopzorgen: hoofdpijn en kaakklachten

Docent-onderzoeker Hedwig van der Meer promoveert op het optimaliseren van de behandeling van mensen met hoofdpijn en kaakklachten.

21 feb 2022 12:16 | Urban Vitality

Hoofdpijn. Het hoort erbij en er is weinig aan te doen, zo denken veel mensen. Niets is minder waar, weet Hedwig van der Meer. Ze is docent-onderzoeker bij de opleiding Fysiotherapie van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en ontving in 2015 een NWO-promotiebeurs voor leraren vanuit de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Daarmee gaf ze haar promotieonderzoek vorm. Wat is de relatie tussen hoofdpijn en kaakklachten? En hoe kunnen fysiotherapeuten patiënten met dergelijke klachten zo goed mogelijk behandelen? Op 11 maart verdedigt ze haar proefschrift.

‘De kaak komt niet aan bod in de bacheloropleiding Fysiotherapie’, vertelt Hedwig van der Meer. ‘Het is een klein onderdeel van het menselijk lichaam, maar heeft met veel zaken een relatie, zoals hoofdpijn en oorsuizen. Eén op de 5 à 6 mensen heeft kaakklachten. Bijvoorbeeld een knakkend kaakgewricht of pijn in de kauwspieren. Van de mensen met pijnklachten heeft 4 op de 5 óók last van hoofdpijn. Een orofaciaal fysiotherapeut - een fysiotherapeut die zich richt op het hoofd en de hals - kan hoofdpijn niet altijd oplossen, maar sommige klachten wel verminderen. Door de kaak te beïnvloeden kan hij of zij het aantal aanvallen van migraine bijvoorbeeld laten afnemen.’

Gespecialiseerd in de kaak

Van der Meer heeft zelf veel hoofdpijnklachten gehad. ‘Tijdens mijn bacheloropleiding Fysiotherapie schreef ik mijn scriptie over de behandeling van hoofdpijn door de fysiotherapeut. Bij mijn master Klinische Gezondheidswetenschappen aan de Universiteit van Utrecht wilde ik verder op dit onderwerp. Mijn docent, Caroline Speksnijder, zag veel mensen met hoofdpijn én kaakklachten. Via haar rolde ik in dit onderwerp. Met de NWO-promotiebeurs kon ik mijn masteronderzoek voortzetten in een promotieonderzoek. Nu staat een groot deel van mijn professionele leven in het teken van de kaak. Ik werk, naast mijn functie bij de HvA, als orofaciaal fysiotherapeut en onderzoeker bij het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) en ben hoofd van een nieuwe masteropleiding Orofaciale Fysiotherapie van de SOMT University of Physiotherapy in Amersfoort.’ Haar promotieonderzoek is een samenwerking tussen de HvA, ACTA, het Radboud UMC Nijmegen en het UMC Utrecht.

Beste uit de test

Van der Meers proefschrift bestaat uit 3 onderdelen: patiëntinformatie, diagnostiek en het therapeutisch proces. ‘Ik onderzocht allereerst de relatie tussen hoofdpijn en kaakklachten, en welke factoren hier invloed op hebben. Bij ACTA analyseerde ik informatie van patiënten. Ik zag dat pijnlijke kaakklachten een relatie hebben met hoofdpijn. Bij migraine is deze relatie zelfs heel sterk. Psychosociale factoren, zoals depressie en angst, hebben met name invloed op spanningshoofdpijn, nauwelijks op migraine. In een studie van 12 weken volgde ik vervolgens patiënten die behandeld werden voor kaakklachten. Ik zag dat migraineklachten afnamen naarmate de kaakklachten afnamen.’

Tijdens het tweede deel van haar onderzoek, rondom diagnostiek, ontwikkelde en valideerde Van der Meer een vragenlijst om onderscheid te kunnen maken tussen spanningshoofdpijn en migraine. ‘We testten dit meetinstrument bij 105 patiënten.’ Na systematisch literatuuronderzoek naar de diagnostische meetinstrumenten bij hoofdpijn, kwam de vragenlijst van Van der Meer als beste uit de test.

E-health bij hoofdpijn

Deel drie van haar proefschrift startte Van der Meer met een systematisch literatuuronderzoek. ‘Wat is het effect op hoofdpijnklachten wanneer een orofaciaal fysiotherapeut een patiënt behandelt? Helaas was er weinig beschikbare literatuur. Toch kon ik stellen dat werken aan kaakklachten effect heeft op bepaalde vormen van hoofdpijn.’

Hierna volgde een kwalitatief onderzoek, bestaande uit interviews met orofaciaal fysiotherapeuten en patiënten met kaakklachten en hoofdpijn. ‘Ik vroeg hen of zij openstonden voor het gebruik van e-health en wat ze daarbij belangrijk vonden. Zowel de therapeuten als de patiënten gaven aan dat face-to-face-contact heel belangrijk is, omdat behandeling in en rondom de mond als heel kwetsbaar ervaren wordt. E-health, zo gaven zij aan, kan mogelijk ondersteunen rondom de informatievoorziening en de zelfstandigheid van de patiënt bij het thuis uitvoeren van de oefeningen. Tijdens een laatste deelstudie naar de ervaringen met e-health werd dit bevestigd. Door filmpjes op Physitrack, een online platform, voelden patiënten zich zekerder en bleven langer gemotiveerd.’

Mooie resultaten

Mooie resultaten, maar wat kunnen behandelaren met de opgedane kennis in de praktijk? ‘Mijn proefschrift toont aan dat er een relatie is tussen kaakklachten en hoofdpijn, met name bij migraine. Een orofaciaal fysiotherapeut kan in de begeleiding van patiënten een belangrijke rol spelen, met informatie en oefeningen. Natuurlijk zijn er ook andere medisch specialisten nodig. Een tandarts-gnatholoog, een tandarts gespecialiseerd in kaakklachten, bijvoorbeeld. Maar ook samenwerking met een psycholoog en neuroloog is van belang. Samen kunnen zij een patiënt op meerdere niveaus helpen.’

Om haar kennis te verspreiden geeft Van der Meer geregeld cursussen en workshops. Sinds 1 februari is ze tevens postdoctoraal onderzoeker bij ACTA. ‘We gaan onderzoeken hoe orofaciaal fysiotherapeuten en tandartsen het beste kunnen samenwerken. Maar voor het zover is, verdedigt ze op 11 maart om 11.00 uur haar proefschrift in de Oude Lutherse Kerk. In aanwezigheid van haar promotoren prof. dr. Corine Visscher (ACTA) en prof. dr. Raoul Engelbert (HvA) en co-promotoren dr. Caroline Speksnijder (Radboud UMC Nijmegen en UMC Utrecht) en prof. dr. Ria Nijhuis – van der Sanden (Radboud UMC Nijmegen).

Veel succes, Hedwig!