Ouderen leren inschatten wanneer ze fysiek vermoeid raken

NWO-beurs voor leraren toegekend aan HvA-docent Paul Voorn

11 okt 2021 12:18

Paul Voorn, docent bij de opleiding Oefentherapie aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA), werd voor de zomer verblijd met het nieuws dat zijn aanvraag voor de NWO-promotiebeurs voor docenten is gehonoreerd. Hij start per dit studiejaar met zijn vijfjarige onderzoek naar zelfinschatting bij vermoeidheid bij ouderen en een stukje valpreventie. Wij gingen eens met hem praten!

Van harte gefeliciteerd, Paul, met de toekenning van de docentenbeurs! Wat ga je er precies mee doen?

Dank je wel! Ik ga aan de slag met een onderzoek naar vermoeidheid na fysieke inspanning en hoe dat de zelfinschatting van fysiek functioneren bij ouderen beïnvloedt. Passen ouderen hun beweeggedrag aan als gevolg van die vermoeidheid, waardoor ze minder risico lopen om te vallen? We weten dat ouderen fysiek sneller vermoeid raken en frequent vallen. Dat vallen geldt voor ouderen die niet zo vaak bewegen, maar ook voor ouderen die wel veel bewegen. Het onderzoek zal inzicht geven op de vraag of ouderen de vermoeidheid na inspanning goed registreren en er adequaat naar handelen. We weten dat ouderen überhaupt moete hebben met het inschatten van hun fysiek functioneren. Het is echter onbekend wat er gebeurt als het lichaam vermoeid raakt, ondanks dat er sprake is van een bepaalde fitheid. Mogelijk hebben ze hierdoor een groter risico op vallen.

Mooi, en hoe gaan die vijf jaren eruitzien?

Mijn onderzoek is opgedeeld in vier fases. Ik begin met een literatuurstudie naar vermoeidheid en valrisico. Vervolgens ga ik een experiment doen met ouderen. Bij de VU is een onderzoeksgroep van 65+’ers, veelal thuiswonende niet-kwetsbare ouderen. We laten hen loopoefeningen doen, maken hen moe en vragen vervolgens weer te gaan lopen. We meten hun fysieke inspanningen en stellen vragen over wat ze zelf registreren. De derde fase is een oefening met ouderen en hoe ze vóór en na vermoeidheid de stoep op en af gaan. Zo kan ik zien of ze hun beweeggedrag aanpassen, wat ons weer iets leert over de zelfinschatting. In de vierde fase sluit ik aan bij de kosten-effectiviteitsstudie InBalans van Maaike van Gameren dat gaat over valpreventie, waar ook Daniël Bossen van Mensen In Beweging aan werkt. Ik gebruik data uit deze langlopende studie om verschillen over de tijd, of als gevolg van training, in kaart te brengen.

Klinkt als een goed doordacht plan. Hoe ga je dit combineren met onderwijstaken?

Ik blijf een dag in de week lesgeven bij Oefentherapie, aan de eerstejaars. Ik heb momenteel nog een dag ouderschapsverlof en besteed drie dagen per week aan het onderzoek. Ik heb de afgelopen tien jaren met veel plezier lesgegeven, veel geleerd over het organiseren en coördineren van onderwijs, in mijn geval het propedeusejaar. Ik weet echter ook nog vanuit mijn eigen studies Oefentherapie en daarna Bewegingswetenschappen dat ik theorie en onderzoek doen heel interessant vind. Dus de kans om beide te doen via de promotiebeurs van NWO en mezelf breder te oriënteren vind ik echt fantastisch!

Wat gaat jouw onderzoek(praktisch) opleveren en wie is jouw promotor?

Ik word onderzoeker van het Lectoraat Oefentherapie - Dagelijks Bewegen! Uiteindelijk lever ik vier publicaties op, van elke studie eentje. Ik ga aan de slag onder supervisie van Bart Visser, lector Oefentherapie. En omdat het experiment plaatsvindt bij de VU, ook onder toeziend oog van VU-hoogleraar Mirjam Pijnappels, die onderzoek verricht rondom Mobiliteit bij veroudering. Ik kijk erg uit naar de scholing van de komende jaren en hun begeleiding.

Veel succes, Paul!