Kenniscentrum Maatschappij en Recht

De kinderen van de schoenmaker lopen op sloffen

Blog door Wouter Smit
Gepost op: 3 apr 2015

‘The shoemaker’s kids walk barefoot’. In het Nederlands wordt dit meestal verbasterd tot: ‘de kinderen van de schoenmaker lopen op sloffen’. Het is één van mijn favoriete spreekwoorden in de context van organisatiekunde, zeker bij de keuze van partijen om zaken mee te doen. Een toelichting.

Valkuilen bij het mission statement

Bij het opstellen en de presentatie van het (veelal flitsende) mission statement of propositie lopen organisaties het risico te stappen in één of meer van de volgende valkuilen:

  • Valkuil 1: de missie wordt van bovenaf opgelegd zonder dat medewerkers zijn gevraagd een bijdrage te leveren. Het gevolg is dat alleen de managers en de PR-afdeling de missie uit hun hoofd kennen.
  • Valkuil 2 (veelal zichtbaar in de publieke sector): de organisatie wil te veel bereiken in één keer. “Onze propositie bestaat uit een aantal speerpunten zoals kwaliteit, klantgerichtheid, innovatie en duurzaamheid”. Er staat nog net geen wereldvrede bij..
  • Valkuil 3: een gebrek van doorvertaling naar beleid en gedrag. Betekent ‘duurzaamheid’ dat we klanten alleen oplossingen bieden voor de lange termijn of dat we onze documenten dubbelzijdig moeten printen?

Het verschil tussen kuil en kloof

Valkuilen zijn met een goede shovel en een zak met zand wel weer dicht te maken. Anders wordt het als de buitenkant van de organisatie het tegenovergestelde laat zien van hoe er in de binnenkant gedacht en gewerkt wordt. Dan is er geen sprake meer van een kuil maar van een kloof tussen wat gezegd en gedaan wordt. Ik geef drie voorbeelden van organisatie’kloven’ die ik zelf heb meegemaakt:

  • Een adviesbureau dat zich heeft gespecialiseerd in opleiden en de return on investment van een sterk opleidingsbeleid. Toen de crisis aantrad werd als eerste het persoonlijke opleidingsbudget van alle medewerkers opgeheven. Wilde je doorleren, dan moest je dat voortaan in je eigen tijd doen en zelf betalen.
  • Een arbo-organisatie die zich in haar propositie richt op stressreductie, werkziekte nummer één. Toen een aantal projectmedewerkers zelf last kreeg van aanhoudende stressklachten werd hen door de projectleider geadviseerd ‘thuis hulp te zoeken’ want hij had ze nodig vanwege een aanstaande deadline.
  • Een arbeidsbemiddelingsbureau dat zich inzet op de match tussen mens en organisatie. Ten behoeve van de implementatie van een eigen ICT-systeem werd extra mankracht ingehuurd. Hen werd geen enkele persoonlijke vraag gesteld want over een jaar ‘zouden ze toch weer weg moeten’.

Geloof je jezelf nog?

Naast de ironie die deze voorbeelden oproepen wordt ook een ethisch vraagstuk geraakt. Het gaat er hierbij om of de organisatie daadwerkelijk staat voor de waarde die zij pretendeert toe te voegen aan haar klanten (lezen jullie ook even mee bancaire sector!?). Het gaat om walk the talk in de meest elementaire vorm. Of er nu sprake is van een bewuste keuze of van onbewuste onbekwaamheid, je zou deze organisatie adviseren ruimte te maken voor introspectie. Dat er intern een lastig gesprek wordt gevoerd over de eigen integriteit en geloofwaardigheid, zowel naar het eigen team als richting de klant.

Het gezegde uit de inleiding is trouwens een uitstekend hulpmiddel om te controleren of de organisatie haar eigen statement of propositie serieus neemt. Nadat het kennismakingsgesprek bijna is afgerond, vraag je nog even terloops: "Zeg, wat voor schoenen dragen jouw kinderen eigenlijk?".

Dit blogartikel is eerder gepubliceerd op http://www.managementenconsulting.nl.