Student aan het woord

Testimonial

Rosa-Lia Jonkman

De master Critical Care geeft hbo-verpleegkundigen die werkzaam zijn in de acute en intensieve zorg de mogelijkheid om hun kennis op het gebied van verpleegkundige zorg verder verdiepen en daarnaast onderzoeksvaardigheden op te doen. De master heeft de afstudeerrichtingen Intensive Care en Acute Cardiologie. Rosa-Lia Jonkman (23 jaar) koos de Acute Cardiologie en startte in februari met de opleiding. Zij heeft een opleidingsplek aan de Amsterdam UMC locatie VU. Met haar spraken we over haar ervaringen tot nu toe.

De master Critical Care daagt me uit om altijd net een stapje verder te denken en je altijd het ‘waarom’ af te blijven vragen.

Rosa-Lia - Masterstudent MCC Acute Cardiologie

Rosa Lia maakte tijdens haar hbo-v studie al kennis met acute intensieve zorg. Na haar stages en ervaring in het OLVG-oost op de cardiothoracale chirurgie merkte zij al vrij snel dat ze zich verder wilde specialiseren. “Deze master bevat zowel een dubbele specialisatie als een deel wetenschappelijk onderzoek. Dat is met mijn achtergrond een mooie uitdaging. De master Critical Care daagt me uit om altijd net een stapje verder te denken en je altijd het ‘waarom’ af te blijven vragen.”

Werken en studeren

De combinatie van studeren, werken en onderzoek doen bevalt mij goed. De wetenschappelijke opdrachten kosten tijd, ik ben er veel mee bezig, maar ik kan het ook even wegleggen en verder gaan wanneer een goed idee mij te binnen schiet. Verder vind ik de combinatie studie met werken prettig. De stof die we in de les behandelen of de opdracht waar ik mee bezig ben kan ik gelijk toepassen op de werkvloer. En ik kan er direct met collega’s over sparren waardoor de stof meer tot leven komt. Met goed plannen is het voor mij tot nu toe allemaal goed te combineren.

Vakinhoudelijke verdieping en onderzoek doen, kun je goed combineren terwijl je aan het bed staat.

Beroep en werkveld

De master heeft mijn visie op het beroep en werkveld nu al enorm verbreed. Mijn taken zijn niet meer primair gefocust op de zorg, maar ook op het inventariseren van eventuele problemen of onduidelijkheden binnen de zorg. Je kunt verder onderzoek doen om te kijken hoe je problemen kunt oplossen. De master Critical Care daagt me uit om altijd net een stapje verder te denken en je altijd het ‘waarom’ af te blijven vragen.

Ondersteuning vanuit de opleiding

De ondersteuning van mijn opleidingsplek helpt mij enorm. Ik ben ontzettend goed ontvangen en voel mij onwijs thuis op de afdeling en in het team. Mijn twee praktijkopleiders denken goed mee met opdrachten, planning en houden altijd een vinger aan de pols. Er is een verpleegkundig specialist die mij vanuit de VU begeleidt bij de wetenschapsopdrachten en het onderzoek voor mijn thesis. Het verpleegkundig team op de CCU is erg betrokken bij mijn opleiding, denkt graag mee over onderwerpen en is erg geïnteresseerd in hoe mijn opleiding in elkaar zit.

Zeven competenties

Na de master Critical Care verpleegkunde zou je over zeven competenties moeten beschikken: klinisch handelen, communicatie, samenwerking, kennis en wetenschap, maatschappelijk handelen, organisatie en professionaliteit. Wanneer het praktijkleerplan is vastgesteld en je op de werkvloer aan de slag kunt gaan met de zogenoemde korte klinische beoordelingen (KKB’s) maak je al een actieve start met het leerproces. Alle KKB’s en leerdoelen passen eigenlijk bij een van de zeven competenties.

In de eerste periode ben ik veel bezig geweest met de competentie ‘klinisch handelen’. Dit zijn echt de vakinhoudelijke handelingen zoals het opvangen van een patiënt op de eerste hart hulp, of het uitvoeren van een elektrische cardioversie. Daarnaast werk je voortdurend aan professionaliteit en reflecteer je hier ook vaak op. Bij de wetenschapsopdrachten en de thesis komt kennis en wetenschap natuurlijk naar voren. Alles wat je op school leert, pas je toe in de praktijk voor je onderzoek.

Door veel te delen met je collega’s draag je als masterstudent echt bij aan de ontwikkeling van kennis en wetenschap op de afdeling.

Vallen en opstaan

Het belangrijkste dat ik tot nu toe heb geleerd is dat onderzoek doen met vallen en opstaan gaat. Je denkt dat je een goed idee hebt, maar drie tellen later wordt het toch weer iets anders. Dit is in het begin frustrerend maar uiteindelijk kom je altijd waar je moet zijn. Verder heb ik in de eerste periode het een en ander geleerd over beademingstechnieken, zowel invasief als non-invasief. Ik merkte dat ik op dit gebied nieuwe en andere kennis had opgedaan dan collega’s op de afdeling. Ik vond het erg leuk om die kennis met hen te kunnen delen.

Tips voor toekomstige studenten

Ik zou aankomende studenten graag willen meegeven dat ze bij aanvang van de opleiding een onderwerp klaar hebben voor de thesis. Dit werkt verhelderend en kan ook stress voorkomen. Het is aan te raden om snel met de praktijkopleider(s) te bespreken wie de begeleiding vanuit de praktijk op zich neemt. En laat je vooral je niet afschrikken door alle studie-uren, het is vaak even wennen om werk en studie te combineren, maar als je er eenmaal in zit gaat het vaak vanzelf en zal je jouw draai vinden.